biologie | ||
START | Planner P1 - Klas 3 (2023/2024) | |
P | ||
21-aug | Week 1 | |
H | ||
M | ||
L | ||
+ | ||
T | ||
28-aug | Week 2 | |
H | ||
M | ||
L | ||
+ | ||
T | ||
4-sep | Week 3 | |
H | Deze week krijg je hulp bij §1.4
over chromosomen: - Wat is een chromosoom? - Welke functie heeft een chromosoom? - Waar vind ik chromosomen? |
|
M | Deze week werk
je aan de volgende opdrachten: - Kennis opdrachten van §1.4 (1 t/m 3) - Inzicht opdrachten van §1.4 (4 en 5) Ter voorbereiding op volgende week werk je aan: - Lees §1.5 over de normale celdeling - Kennis opdrachten van §1.5 (1t/m 3) |
|
L | Leer §1.4 over chromosomen | |
+ | zie som voor meer informatie over vakflexen. | |
T | ||
11-sep | Week 4 | |
H | Deze week krijg je hulp bij §1.5
over de normale celdeling: - Hoe vermeerdert een cel zich? - Hoe kopieert een cel de chromosomen in de celkern? |
|
M | Deze week werk
je aan de volgende opdrachten: - Inzicht opdrachten van §1.5 (4 t/m 6) Ter voorbereiding op volgende week werk je aan: - Lees §1.6 over de reductiedeling - Kennis opdrachten van §1.6 (1t/m 4) |
|
L | Leer §1.5 over de normale celdeling | |
+ | zie som voor meer informatie over vakflexen. | |
T | ||
18-sep | Week 5 | |
H | Deze week krijg je hulp bij §1.6
over de reductiedeling: - Waarom hebben we een reductiedeling? - Hoe deelt een normale cel zich om een geslachtscel te maken? |
|
M | Deze week werk
je aan de volgende opdrachten: - Inzicht opdrachten van §1.6 (5 en 6) Ter voorbereiding op volgende week werk je aan: - Lees §3.1 over de Genotype en Fenotype - Kennis opdrachten van §3.1 (1 t/m 3) |
|
L | Leer §1.6 over de reductiedeling. | |
+ | zie som voor meer informatie over vakflexen. | |
T | ||
25-sep | Week 6 | |
H | Deze week krijg je hulp bij §3.1
over Genotype en Fenotype: - Wat is een Genotype en hoe herken ik deze? - Wat is een Fenotype en hoe herken ik deze? |
|
M | Deze week werk
je aan de volgende opdrachten: - Inzicht opdrachten van §3.1 (4 t/m 6) Ter voorbereiding op volgende week werk je aan: - Lees §3.2 over genen - Kennis opdrachten van §3.2 (1 t/m 3) |
|
L | Leer §3.1 over Genotype en Fenotype. | |
+ | zie som voor meer informatie over vakflexen. | |
T | ||
2-okt | Week 7 | |
H | Deze week krijg je hulp bij §3.2
over genen: - Wat is een gen? - Waar in de cel vind ik een gen? - Wat zijn genenparen en waar komen ze vandaan? |
|
M | Deze week werk
je aan de volgende opdrachten: - Inzicht opdrachten van §3.2 (4 t/m 6) Ter voorbereiding op volgende week werk je aan: - Lees §3.3 over kruisingen - Kennis opdrachten van §3.3 (1 t/m 3) |
|
L | Leer §3.2 over genen. | |
+ | zie som voor meer informatie over vakflexen. | |
T | ||
9-okt | Week 8 | |
H | Deze week krijg je hulp bij §3.3
over kruisingen: - Hoe gebruik ik kruisingen om het fenotype van een individu of groep te voorspellen? |
|
M | Deze week werk
je aan de volgende opdrachten: - Inzicht opdrachten van §3.3 (4 en 5) |
|
L | Leer alle
paragrafen voor de toets: §1.4 + §1.5 + §1.6 + §3.1 + §3.2 + §3.3 |
|
+ | zie som voor meer informatie over vakflexen. | |
T | ||
23-okt | Week 9 | |
H | Deze week herhalen we alle stof van het onderdeel genetica m.b.v. een experiment! | |
M | Maak de
diagnostische opgaven (staan bij afsluiting) die horen bij de besproken
stof: - Thema 1, opdracht 6 t/m 10. - Thema 3, opdracht 1 t/m 5. |
|
L | Boek 3a methode
MAX. §1.4 Chromosomen (blz. 26 en 27) §1.5 Gewone celdeling (blz. 31 en 32) §1.6 Reductiedeling (blz. 36 en 37) §3.1 Genotype en Fenotype (blz. 168 en 169) §3.2 Genen (blz. 173 t/m 175) §3.3 Kruisingen (blz. 179 t/m 182) |
|
+ | zie som voor meer informatie over vakflexen. | |
T | ||
30-okt | Week 10 (Toetsweek) | |
naam | Repetitie genetica (RepGen) | |
duur | 60 minuten | |
stof | Boek 3a methode
MAX. §1.4 Chromosomen (blz. 26 en 27) §1.5 Gewone celdeling (blz. 31 en 32) §1.6 Reductiedeling (blz. 36 en 37) §3.1 Genotype en Fenotype (blz. 168 en 169) §3.2 Genen (blz. 173 t/m 175) §3.3 Kruisingen (blz. 179 t/m 182) |
|
mat. | Toegestaan op de
toets: - 2x blauwe of zwarte pen - 2x potlood voor tekeningen/aantekeningen - liniaal of geodriehoek voor tekenen - rekenmachine (niet grafisch) |
|
legenda | ||
P | P : periode taak | |
H | H : hulp (waar te vinden, extra te doen) | |
M | M : maken | |
L | L : leren | |
+ | + : extra: differentiëren, verdiepen | |
T | T : toets | |